U bent hier
Internationale Antidrugsdag

Vandaag is het 26 juni de dag tegen drugs. De Verenigde Naties kozen deze datum omdat op deze dag in 1839 alle opium in het Chinese Humen vernietigd werd. De actie kaderde in het protest tegen de grote verslavingsproblematiek onder de bevolking. De strijd tegen drugs en drugshandel is dus geen recent fenomeen. De war on drugs woedt al eeuwen ..
Die oorlog tegen invasieve en levensbepalende verdovende middelen voer ik al jaren – zij het in microtermen – samen met mijn apothekersteam in mijn eigen apotheek. De ene keer met meer succes dan de andere. Het team aan professionals die ons daarbij begeleiden vanuit het medisch sociaal centrum in Gent staan ons bij met een eeuwig optimisme. Elke patiënt die we van de spuit kunnen houden is er immers één gewonnen. Elke cleane periode is een adempauze.
Terwijl het bij de druggerelateerde hulpverlening alle hens aan dek is om de gevolgen van de Covid-pandemie aan te pakken met een onmiskenbare stijging in de verslavingsproblematiek, woedde vorige donderdag in de Kamer van het federale parlement het debat rond de aanpak van drugscriminaliteit in Molenbeek. De Franstalige partijen schreeuwden de minister van binnenlandse zaken om het hardst toe dat er nood was aan een “krachtdadige aanpak”. Ter herinnering: diezelfde partijen vormen toevallig ook de Brusselse regering én het Brusselse stadsbestuur. Het draaide – hoe kan het ook anders - uit op een behoorlijk psychedelische discussie.
Het zijn deze linkse Franstalige partijen die het peloton aanvoeren wanneer het gaat om het gedogen en zelfs het legaliseren van drugs. Ze slagen er in moord en brand te schreeuwen zonder ook maar één keer in de spiegel te kijken. De socialistische burgemeester van Molenbeek lanceerde een oproep naar de federale overheid om hulp. Ze werd hierbij gesteund door haar collega’s. Waarom nemen ze zelf geen actie? N-VA kaartte dit probleem al geruime tijd aan. Maar zoals het ondertussen gemeengoed is geworden: er moet uiteraard eerst iets ernstig gebeuren – pakweg een schietpartij - voordat zelfs maar een aanzet tot actie overwogen wordt met het plan van minister Verlinden. Want de fusie van de Brusselse politiezones ligt al jaren op tafel maar wordt door diezelfde linkse partijen hardnekkig tegengehouden. Kwestie van heer en meester te blijven over de eigen rode baronieën en daarvoor mogen wel wat offers gebracht worden zo redeneert men daar. Het is ondertussen een typisch Belgisch monument geworden net zoals de stellingen aan het Brusselse justitiepaleis dat zijn: een werf die volgens elk weldenkend spoor moet worden aangepakt… maar waar de tijdelijke problematiek een heel permanent en vooral surrealistisch karakter krijgt.
Ook voor wat de aanpak van het drugsprobleem zelf zou het links progressief Franstalig België beter eens kritisch in de eigen boezem moeten kijken. De spuitruimte in Luik stootte op protest van de buurtbewoners wegens teveel overlast door dealers en gebruikers. Wie kan het de buurtbewoners kwalijk nemen? In Brussel werd de spuitruimte recent in gebruik genomen. De juridische schemerzone waarin dergelijke initiatieven zich bevinden lijken van geen belang voor de Brusselse overheid. Il faut le faire. Nochtans blijft de federale wetgeving het faciliteren van druggebruik verbieden. Opnieuw dat surrealisme. In de Interministeriële Conferentie Drugs werd hard gelobbyd door de linkse intellectuele elite om de aanpassing van de Drugswet open te zetten.
Legaliseren en faciliteren staat immers al langer op het verlanglijstje van de progressieven. En dat gebeurt wel vaker: de zichzelf verklaarde elite verkondigt ideeën en opvattingen waar zij zelf de nadelen van kunnen ondervangen… maar waar de gewone burger en vooral de sociaal zwakkere bijzonder kwetsbaar voor is. En dat voor een “elite” die het welzijn van de zwakkere zegt te verdedigen. Niets is minder waar. Dat er geen akkoord gevonden werd om de Drugswet open te zetten in de interministeriële vergadering – die in dit inert geworden land trouwens 28 excellenties telt en dus al evenzeer een surrealistisch Belgisch monument is - kan gezien worden als een duidelijk signaal van Vlaamse kant.
Moeten we nog meer inzetten op preventie, sensibiliseren en behandelen? Uiteraard!
Maar de vrijheid blijheid die gepromoot wordt doet de hulpverlener in mij huiveren. Het onlangs gelanceerde voorstel om cocaïne te legaliseren en via de apotheek aan te bieden gaf aanleiding tot een poll in het apothekersforum. Het overgrote deel van mijn collega’s, die dagdagelijks met deze problematiek in aanmerking komen, reageerde tegen eventuele legalisering van cocaïne en tegen de verdeling ervan in de apotheek. Vele hulpverleners en de getroffen gezinnen zullen zelfde signalen geven.
Dat de discussie ten gronde gevoerd en wetenschappelijk breed geïnterpreteerd moet worden, daar ben ik het mee eens. Maar laat ons ver weg van politieke oneliners aan de slag gaan met als doel de aanzet tot gebruik te vermijden, de patiënt te helpen en de dealer repressief aan te pakken op de meest efficiënte en kordate wijze. Ook daar zijn al veel politieke oneliners aan verloren gegaan. Helaas..
Op deze internationale antidrugsdag wil ik dan ook oproepen om over de partijpolitieke grenzen heen écht aan de slag te gaan en deze bedreiging voor generaties in te dijken. Ik weiger dan ook mee te gaan in beslissingen waar ik moreel en professioneel als dienstverlener van weet dat deze fout zijn.